Gezinnen met een eigen woning betalen in 2022 gemiddeld 9 euro meer aan waterschapslasten dan dit jaar. Dit verwacht de Unie van Waterschappen na een inventarisatie onder de waterschappen. De verhoging ligt 0,7 procent boven de inflatie die door het Centraal Planbureau voor 2022 wordt geraamd. Met name maatregelen voor klimaatadaptatie kosten steeds meer geld.
De besturen van de 21 waterschappen behandelen deze weken de voorstellen voor de hoogte van de waterschapsbelastingen in 2022. Op grond van deze voorstellen verwacht de Unie dat gezinnen met een eigen woning gemiddeld 75 cent per maand meer aan waterschapsbelastingen gaan betalen dan in 2021. Dat komt neer op 9 euro op jaarbasis.
Uitdagingen in het waterbeheer
“De ernstige wateroverlast in Limburg, Noord-Holland en Friesland in de afgelopen zomer laat duidelijk zien dat het klimaat verandert”, zegt Toine Poppelaars, bestuurslid van de Unie van Waterschappen. “Het KNMI heeft recent in het Klimaatsignaal aangegeven dat de klimaatverandering in Nederland sneller gaat dan eerder verwacht en grote effecten gaat hebben. In juli was er te veel water. Maar ook de droogte heeft de waterschappen de afgelopen jaren al zwaar op de proef gesteld. De waterschappen ontvangen in totaal in 2022 ruim 3,2 miljard euro aan belastingen om te kunnen investeren in onder meer het klimaatbestendiger maken van Nederland. Dat doen we bijvoorbeeld door dijken te versterken, waterbergingen aan te leggen en zoetwater vast te houden, zoals met regenwaterbuffers.”
Verschillen per waterschap
Gezinnen met een eigen woning van 250.000 euro betalen volgend jaar gemiddeld 359 euro aan hun waterschap. Het bedrag van de belastingen verschilt van waterschap tot waterschap. Toine Poppelaars: “Dit komt vooral doordat gebieden van elkaar verschillen, waardoor de eisen aan het waterbeheer anders zijn. Er zijn waterschappen waar in 2022 de lastenontwikkeling onder het gemiddelde ligt, maar ook waterschappen met een meer dan gemiddelde stijging.”
Definitieve tarieven worden nog vastgesteld
De inschatting van de Unie is gebaseerd op de tariefvoorstellen die momenteel in de besturen van de 21 waterschappen worden besproken. Die besturen nemen in de komende weken een besluit over de uiteindelijke belastingtarieven voor 2022. Rond 1 maart 2022 worden de meeste belastingaanslagen verstuurd.
Discussie over eerlijke verdeling
De waterschapslasten voor burgers zijn al enkele jaren een punt van discussie binnen de waterschappen en de landelijke politiek. Zo komt volgens de Algemene Waterschapspartij (AWP) een steeds groter deel van de waterschapslasten op het bordje van huishoudens. Dat blijkt volgens de AWP uit eigen onderzoek. “Eén van de voornaamste waterschapsbelastingen is de watersysteemheffing. Die is, in het geval van eigenaren van onroerend goed, gebaseerd op de WOZ-waarde van het pand”, stelde vicevoorzitter Hans Middendorp twee jaar geleden al in een gesprek met WaterForum Online. “Echter, in de afgelopen tien jaar is de WOZ- waarde van woningen en huurwoningen veel harder gestegen dan van bedrijven en kantoren.” De AWP werd in haar pleidooi voor een eerlijkere lastenverdeling gesteund door vele partijen, zowel binnen als buiten de politiek. Naast partijen als Water Natuurlijk, D66, GroenLinks en de PvdA toonde bijvoorbeeld ook de Vereniging Eigen Huis zich een warm voorstander. Het leidde tot een voorstel van de Unie van Waterschappen voor een eerlijker lastenverdeling, dat eind vorig jaar door de besturen van alle 21 Nederlandse waterschappen unaniem werd aangenomen.
Weeffout
Oorzaak van de disbalans in lastenverdeling is de ontwikkeling van de WOZ-waarde waarop de waterschapsbelasting is gebaseerd. Tussen 2015 en 2021 steeg de gemiddelde WOZ-waarde van woningen met bijna 36 procent, terwijl die van bedrijfspanden juist iets meer dan 2 procent daalde. Zo ging in 2020 de WOZ-waarde van woningen gemiddeld met 7,3 procent omhoog, waardoor de aanslag dit jaar voor huiseigenaren hoger is. De WOZ-waarde van bedrijfspanden bleef dat jaar gemiddeld gelijk. Waterschappen mogen nu geen onderscheid maken tussen tarieven voor woningen en bedrijfspanden. Daardoor betalen huishoudens een steeds groter deel van de waterschapslasten, terwijl eigenaren van bedrijfspanden worden gespaard. Het voorstel van de Unie van Waterschappen dat deze zogeheten ‘weeffout’ moet herstellen, ligt sinds februari bij de Tweede Kamer. Zowel de Vereniging Eigen Huis als de AWP hebben er in september nog bij de Kamer op aangedrongen om dit voorstel snel in behandeling te nemen. “Als de Tweede Kamer nu doorpakt, kan die weeffout worden opgelost”, aldus Hans Middendorp. “Dat zou dan in 2023 moeten leiden tot een kleine verlaging van de waterschapsbelasting voor inwoners. Ook huurders profiteren hier indirect van, omdat de verhuurder minder waterschapsbelasting hoeft te betalen.”