PREMIUM: Ministerie IenW: waterkrachtcentrale Alphen moet vaker uit om vissterfte te vermijden

waterkrachtcentrale
De waterkrachtcentrale van Vattenfall in Alphen (foto: Vattenfall).

Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat wil dat Vattenfall de waterkrachtcentrale bij Alphen vaker uitzet om de vissterfte van paling en jonge zalm te voorkomen. De maatregelen die Vattenfall heeft genomen, zijn volgens het ministerie niet voldoende. Ook de sterftebepaling is niet betrouwbaar uitgevoerd. Dat blijkt uit de ontwerp-beschikking van het ministerie. Vattenfall is het hier niet mee eens en tekent bezwaar aan.

U gaat nu een PREMIUM artikel op WaterForum lezen. Benieuwd wat dat verder inhoudt? U vindt hier onze uitleg: Uitleg WaterForum online PREMIUM artikelen.

Vattenfall heeft twee waterkrachtcentrales in ons land, bij Maurik aan de Neder-Rijn en in Alphen, aan de Maas. Deze centrales maken gebruik van het hoogteverschil dat door de aanwezige stuw wordt veroorzaakt. Door dit hoogteverschil ontstaat er genoeg kracht om de turbines van de beide centrales in werking te stellen en zo voor duurzame stroom te zorgen.

Keerzijde

Elektriciteit uit rivierwater heeft ook een keerzijde, meldt Vattenfall: niet alle vissen komen veilig langs de centrale. Vissen die stroomopwaarts zwemmen, zoals volwassen zalm, maken gebruik van de speciaal aangelegde vistrappen. Maar volwassen palingen willen de andere kant op, stroomafwaarts richting zee, om een lange reis richting de Azoren te maken en verderop in de Sargassozee te gaan paaien.

Momenteel is het echter zeer slecht gesteld met de aal. Dat blijkt uit het meest recente advies van de International Council for the Exploration of the Sea (ICES) van 4 november 2021 aan de Europese Commissie. Volgens ICES is het aalbestand ‘critically endangered’. Daarom adviseert de organisatie om de nadelige effecten van waterkrachtcentrales voor de aal tot nul terug te brengen.

Maatregelen

Vattenfall nam de afgelopen jaren verschillende maatregelen om de vissterfte van paling en jonge zalm terug te dringen. Zo introduceerde het bedrijf de Migromat: een soort afgesloten aquarium dat rechtstreeks in verbinding met het rivierwater staat. De palingen in de Migromat zijn gechipt en van een transponder voorzien. Daarmee sturen ze een signaal naar de Vattenfall operator die zo weet dat de trek ophanden is. Na overleg met Rijkswaterstaat gaat dan het water via de stuw en zet Vattenfall de turbines tijdelijk stil. De schieralen kunnen er dan volgens Vattenfall eenvoudig langs.

Niet betrouwbaar

Het ministerie stelt in de ontwerp-beschikking echter dat de Migromat niet betrouwbaar genoeg de migratiepieken van de schieraal voorspelt. Bovendien kan de sterfte niet voldoende worden gereduceerd als Vattenfall de waterkrachtcentrale stillegt na de Migromat-alarmen. Zo is in 2018 en 2019 voor het hele stuwcomplex zonder Migromat 23%, respectievelijk 24% sterfte vastgesteld en mét Migromat 9%, respectievelijk 20%.

Paling over de Dijk

Een andere maatregel die Vattenfall neemt, is het project Paling over de Dijk. Hierbij vangen sportvissers van augustus tot en met november de schieralen bovenstrooms van de waterkrachtcentrale om ze benedenstrooms weer uit te zetten. De effectiviteit wisselt volgens het ministerie per jaar en is daarom niet betrouwbaar naar de toekomst.
Vattenfall stelt dat uit onderzoek door bureau Visadvies blijkt dat de maatregel Migromat en Paling over de Dijk elkaar juist goed aanvullen. “Als Migromat door specifieke wateraanbodsituaties minder goed functioneert, zijn de vangsten bij Paling over de Dijk juist erg goed.”

Migratiespecifiek turbinebeheer

Daarnaast past Vattenfall migratiespecifiek turbinebeheer tijdens de aalmigratie toe. Het betekent dat het bedrijf niet draait met minder dan 50 m3/s per turbine, omdat bij hogere debieten minder schade plaatsvindt bij de aal. En voor baby-zalm past Vattenfall in het voorjaar eveneens migratiespecifiek turbinebeheer toe.

“We draaien daarmee enkel bij debieten waarbij de schade aangetoond minimaal is”, licht de woordvoerster van Vattenfall toe. “Daarvoor hebben we precies onderzocht hoe we op tijd weten wanneer de baby-zalmen passeren en hoelang dat duurt.”

De woordvoerster stelt dat de schade bij zalm – net als bij de overige vissoorten- sowieso door onderzoek aangetoond- nihil is. “Deze maatregel van migratiespecifiek turbinebeheer passen we echter als extra zekerheid toe tijdens de migratieperiode van de zalm.”

Waterkrachtcentrale RWE

RWE heeft eveneens een waterkrachtcentrale in de Maas bij Linne. Aan de vergunning hing de eis dat de twee centrales in de Maas samen niet meer dan 10 procent van de passerende vissen mochten doden. Het ministerie stelt in de ontwerp-beschikking dat de argumentatie van Vattenfall erop neer komt dat er zóveel alen bij de waterkrachtcentrale Alphen langskomen, dat de bescherming daar wel wat minder kan. Dat kan evident niet juist zijn, stelt het ministerie.

Sterftepercentage

Vattenfall denkt hier anders over. “Onze redenatie is niet dat er zoveel alen langskomen dat het minder kan, wij houden voor alle alen rekening met het sterftepercentage dat RWS wil hanteren, namelijk 10 procent over het rivierdeel”, aldus de woordvoerster.
Vattenfall mag volgens haar meer dan 5 procent sterfte veroorzaken in Lith, namelijk ongeveer 8,2 procent.

Hierbij geeft ze de volgende uitleg. “De sterfte over het hele rivierdeel mag volgens de norm van RWS 10 procent zijn. De alen die dit hele rivierdeel afzwemmen passeren 2 centrales en er mag dan per centrale 5 procent sterven. Een groot deel van de alen passeert echter alleen onze centrale en niet de centrale van RWE te Linne. Deze alen komen benedenstroom van Linne de Maas in zwemmen. Deze alen hebben dus ook een sterftepercentage van 10 procent over het rivierdeel. We voldoen dus voor alle alen aan het sterftepercentage van 10 procent over het rivierdeel. Als je op onze locatie over beide situaties en hoeveelheden aal de sterfte bepaalt kom je ongeveer 8,2 procent sterfte, waarmee wordt voldaan aan de 10 procent sterfte voor alle alen die door de Maas zwemmen.”

Waterkrachtcentrale stilzetten

Het ministerie stelt desondanks dat de experimenten de vissterfte niet genoeg omlaag hebben gebracht. Daarom staat in de ontwerp-beschikking, die nu ter inzage ligt, dat de centrale van 1 augustus tot en met 31 december van 16.00 uur tot 08.00 uur moet worden stilgezet voor de trek van de paling. Om de jonge zalmen ongehinderd naar zee te laten trekken, moet de centrale van 1 april tot en met 31 mei van 21.00 uur tot 04.00 worden stilgezet. Vattenfall is het hier niet mee eens en tekent bezwaar aan.

Bekijk hier: Ontwerp-beschikking WKC Lith