Ook Waterschap Scheldestromen bestrijdt slib met coccolietenkrijt

Waterschap Scheldestromen voert de proef uit in samenwerking met een plaatselijke hengelsportvereniging (Geduld Overwint Alles Axel) en Sportvisserij Zuidwest Nederland. In de IJsbaanvijver in Axel strooiden ze afgelopen zaterdag drie ton zogenoemd coccolietenkrijt uit. Dit krijt moet ervoor zorgen dat de bagger- en sliblaag in de vijver goedkoop en zonder daadwerkelijk te baggeren afneemt.
De pilot duurt in totaal drie jaar. Voordat het krijt wordt uitgestrooid, is de dikte van de laag bagger op de bodem van de vijver gemeten. In september 2016 wordt dit opnieuw gemeten. De komende twee jaar wordt dit uitstrooien en monitoren herhaald.


Beeld Omroep Zeeland

De sportvissers financieren het coccolietenkrijt en zorgen ervoor dat het wordt uitgestrooid in de vijver. Waterschap Scheldestromen verzorgt de monitoring en meet de ontwikkeling van de sliblaag, de chemische waterkwaliteit en het onderwaterleven (macrofauna). Eind 2018 moet duidelijk zijn of het coccolietenkrijt daadwerkelijk een aanvulling of zelfs een vervanger kan zijn voor baggerwerkzaamheden. De uitslag van de proef kan in het meest positieve scenario betekenen dat baggeren minder vaak of niet meer noodzakelijk is bepaalde waterlopen.

Coccolietenkrijt
Coccolietenkrijt is een poreus krijt (calciumcarbonaat), afkomstig van fossiele skeletten van afgestorven algen die zich miljoenen jaren lang ophoopten op de zeebodems. Doordat het krijt zich verbindt met zuurstof, kunnen zich grote hoeveelheden bacteriën op de slibmassa vestigen. Die bacteriën breken het slib af op een actieve, aërobe en dus niet-giftige wijze.

In het buitenland wordt het krijt al gebruikt. Ook in Nederland lopen er op verschillende plaatsen proeven met het coccolietenkrijt. Zo schreef Waterforum vorig jaar over een eerste pilot van Waterschap Vechtstromen. Gebiedsbeheerder Gert Borghuis vertelde met behulp van het krijt het slib in vijvers in Almelo en Hengelo in drie jaar tijd met vijftig tot zeventig procent te willen verminderen. Proeven in België hadden al aangetoond dat dit haalbaar was. Ook problemen met blauwalg verminderen mogelijk door het krijt.

De eerste resultaten zijn hoopvol. Tussen maart en oktober bleek de sliblaag volgens een rapport van ingenieursbureau Tauw met gemiddeld 3 centimeter afgenomen. En dat op plaatsen waar normaal juist slibaanwas is. Op de waterkwaliteit bleek het krijt geen negatieve invloed te hebben. Vechtstromen zet de proef dan ook door. Op 19 april ging opnieuw 3.300 kg krijt de vijvers in. Het waterschap gaat opnieuw de waterkwaliteit monitoren en de slibdikte meten. Eind 2016 is duidelijk of het toepassen van coccolietenkrijt een optie is die op grotere schaal kan worden toegepast.