De exportomvang van de sector vertoont ondanks dips als gevolg van de kredietcrisis en eurocrisis, een gestaag opgaande lijn. Aleid Diepeveen, directeur business development bij NWP: “De trend is gunstig; bedrijven die internationaliseren zien hun omzet groeien, dit geldt voor beide segmenten, watertechnologie en deltatechnologie. Investeringen worden soms uitgesteld, maar men heeft toch uiteindelijk weer installaties en technologieën nodig.”

Groeimarkt Azië
De WEX is gebaseerd op een enquête onder ruim 50 bedrijven in de Nederlandse watersector. 70 procent van deze bedrijven verwacht in de jaarcijfers van 2013 een toename van de buitenlandse omzet, vier maanden geleden was dat nog 61 procent. De export quote (de verhouding van omzet door buitenlandse opdrachten ten opzichte van totale omzet) komt in 2013 uit op bijna 45 procent, dat was in 2012 nog 43,7 procent. Bedrijven zien veel mogelijkheden voor de internationale verkoop van afvalwatertechnologie, als grote groeimarkt wordt Azië aangeduid.

Watertechnologiebedrijven
Watertechnologiebedrijven blijken op dit moment in het voordeel: “Voor veelal kleinere watertechnologiebedrijven actief in industriële markten is het eenvoudiger een marktsegment te vinden waarin zij internationaal kunnen groeien. Met een kleine omzet is het ook eenvoudiger om die te verdubbelen. De deltatechnologie – gedomineerd door enkele grote Nederlandse bedrijven – is sterker afhankelijk van publieke sector en grote projecten. Zeker de recente eurocrisis heeft tot gevolg gehad dat overheden de hand op de knip hielden. Toch zullen deze projecten weer op gang komen, al zal dat voor deze bedrijven (zoals baggerbedrijven) wat later zijn dan bij de watertechnologiebedrijven.”
Malaise ingenieursbureaus
Het rooskleurige beeld steekt een beetje af bij de malaise waarin sommige Nederlandse ingenieursbureaus nog verkeren. “Naar de reden hiervan is geen onderzoek gedaan in het kader van de WEX. Mogelijk zijn deze problemen deels te verklaren uit het feit dat die bureaus ook in andere sectoren actief zijn, waar het er slechter voorstaat dan in de watersector. Tegelijk zijn er ook ingenieursbureaus, zoals Arcadis Water, die groeien of die hun focus verleggen naar het buitenland, zoals Witteveen+Bos.”
Kansen verzilveren
Aleid Diepeveen suggereert dat ingenieursbureaus, veelal werkzaam voor de publieke sector, meer geplaagd zijn geweest door het stilleggen van grote projecten dan bedrijven die watertechnologie installaties leveren, waar over het algemeen de verdiensten goed blijven.
Om de kansen te verzilveren is het wel van groot belang dat bedrijven goed onderzoeken ‘waar je het slimmer kunt doen’. “Voor innovatieve technologieën, een sterk punt van de Nederlanders, moeten goede zakelijke proposities worden gevonden. Bedrijven moeten hier samen met elkaar naar op zoek gaan. NWP stimuleert ondernemers hierbij.”
Geloofwaardige conclusies
De positieve conclusies cijfers uit de WEX zijn zonder meer geloofwaardig, meent Diepeveen. Ze karakteriseert deze als ‘realistisch’, gebaseerd op de ervaringen van de afgelopen jaren. “De Water Export Index is een robuust onderzoeksinstrument dat systematisch de export van de watersector in kaart brengt. Elk najaar worden bedrijven ondervraagd over hun omzetverwachtingen van het lopende jaar. Ze geven dit dus zelf aan.”
Wereldwijde ontwikkelingen
Het onderzoek geeft de exportontwikkeling van de Nederlandse watersector aan. Bij het interpreteren van de toekomstige trends kijkt NWP ook naar wereldwijde ontwikkelingen in de economie. Dat levert weer nieuwe inzichten op, waar bedrijven wat aan hebben. “Je ziet bijvoorbeeld het onderwerp ‘mining’ steeds vaker terugkeren, ook denk ik dat de combinatie tussen voedselzekerheid en water steeds meer ontwikkeling zal laten zien”, aldus Diepeveen.