
Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden heeft op woensdag 22 maart beverschade aan de Lekdijk in Uitweg hersteld. Het is de eerste keer sinds het uitsterven van de bever in Nederland dat het Hoogheemraadschap beverholen in het gebied signaleerde. En de eerste keer dat het beverprotocol is toegepast.
De muskusrattenbeheerders vonden afgelopen zomer op honderd plekken in de 55 kilometer lange uiterwaard tussen Amerongen en Schoonhoven sporen van bevers aan. Dat ze ook in de Lekdijk zouden gaan graven was volgens het Hoogheemraadschap een kwestie van tijd. De Lekdijk beschermt een groot gebied tegen overstromingen. Als de dijk doorbreekt kan een groot deel van Utrecht en de Randstad overstromen.
Grote schade aanbrengen
Bevers, zo is bij verschillende waterschappen al gebleken, kunnen grote schade aanbrengen aan dijken. Hun holen kunnen wel elf meter diep en een meter hoog zijn. Tegelijkertijd is de bever een beschermde diersoort, wat vraagt om een zorgvuldige aanpak. Graverij door dieren, zoals op de Scheldedijk door vossen, kunnen gaten vormen in de kleilaag waardoor de watermassa die over de dijk heen slaat, deze gaten snel groter maakt en uiteindelijk de hele dijk kan ondermijnen. Zo bleek op de slotconferentie van het project Polder2C’s op 7 maart in Antwerpen.
Bevers en het beverprotocol
Wanneer er ernstige schade of risico voor openbare veiligheid door de bever optreedt, volgen de waterschappen en provincies de werkwijze uit het beverprotocol. Ze beginnen met lichte maatregelen om de bever te ontmoedigen en als die niet helpen gaan ze verder met iets zwaardere. De betrokken partijen wegen die stappen goed af en overleggen met experts indien nodig.
Voor de provincie Utrecht geldt, dat in het hoogwaterseizoen (1 oktober – 1 april) bij graverij in de Lekdijk direct actie wordt ondernomen. Hoewel de bever een beschermde diersoort is, mag hij onder specifieke voorwaarden bij graverij in een belangrijke dijk, zoals de Lekdijk, verstoord worden, en mag zijn hol of burcht verwijderd worden. Om dit te mogen doen heeft het Hoogheemraadschap hiervoor in samenwerking met de Fauna Beheer Eenheid Utrecht een ontheffing aangevraagd en gekregen. Het beverprotocol maakt onlosmakelijk onderdeel uit van de ontheffing.
Voorzichtig uitgegraven
Na het ontdekken van twee holen vlakbij elkaar is gecontroleerd of ze nog in gebruik waren. Dit bleek bij één hol het geval te zijn. Woensdagochtend is dit vóór de start van de werkzaamheden opnieuw gecontroleerd. De bever was niet meer aanwezig. De holen zijn daarna voorzichtig uitgegraven, om de precieze schade en omvang vast te stellen. Ze bleken beide zo’n vier meter ver in de dijk te lopen en tot 80 cm in doorsnede te zijn. Daarna is gestart met het herstel van de dijk. Met klei is het gat laagsgewijs opgevuld en aangestampt. Het Hoogheemraadschap controleert de dijk voortdurend op schade, en houdt daarbij de bevers, en in het bijzonder deze plek, nauwlettend in de gaten.
Kansen voor de bever
Hoogheemraad Els Otterman: “Binnen ons dijkversterkingsproject Sterke Lekdijk zoeken we naar mogelijkheden om in de uiterwaarden goede leefomstandigheden voor de bever te maken, zodat ze dáár hun holen en burchten maken, en niet in de dijk. Bijvoorbeeld door het talud van de dijk flauw te maken met een natuurvriendelijke oever, en diep water met een steile oever op enige afstand van de dijk. Zo geven we dit bijzondere dier de ruimte en maken we tegelijkertijd een veilige dijk.”